Een stuurgroep onder voorzitterschap van Ruud Hopstaken buigt zich de komende anderhalf jaar over de voorwaarden die nodig zijn voor een verantwoorde inbedding van de complementaire zorg in Nederland. “We willen binnen de complementaire zorg het kaf van het koren scheiden, zodat we de werkelijke bijdrage aan het verbeteren van de gezondheid kunnen bepalen.” De Patiëntenfederatie NPCF ondersteunt het initiatief voor een kennisprogramma gericht op de complementaire zorg.

De stuurgroep ‘Implementatie van evidence-basedcomplementaire zorg’ is en initiatief naar aanleiding van hetZonMw-signalement ‘Ontwikkeling en implementatie vanevidence-based complementaire zorg’ dat vandaag verschijnt. Naast Hopstaken hebben Martine Busch (Van Praag Instituut), Hans Jeekel (Erasmus MC) en Hans Kerkkamp (Atrium MC Parkstad) op persoonlijke titel zitting in deze stuurgroep. ‘Ons doel is inzicht krijgen in wat er in Nederlandse zorginstellingen wordt aangeboden en met welke effectiviteit’, vertelt Hopstaken. ‘Daarnaast moet deugdelijk onderzoek worden opgezet naar de positie en waarde van complementaire zorg.’

In het ZonMw-signalement wordt geadviseerd een infrastructuur op te zetten waar onderzoek, praktijk en beleid elkaar weten te vinden en controle plaatsvindt op complementair zorggebruik. Een dergelijk kennisprogramma kan alleen slagen als alle stakeholders erbij worden betrokken. Denk daarbij aan onderzoekers, kennisinstellingen, professionals, zorginstellingen, patiëntenorganisaties, zorgverzekeraars, bedrijven en beleidsmakers. Gezamenlijk moeten deze partijen de belangrijkste vragen formuleren, prioriteren en adresseren. Er zijn in het signalement vijf thema’s geformuleerd als vertrekpunt voor een kennisprogramma, te weten kennisinfrastructuur, monitoring en registratie, methodologieontwikkeling, interventieonderzoek en gezondheidszorgonderzoek.

Wereldwijd en ook in Nederland gebeurt er veel op het gebied van complementaire zorg. Het betreft zorgvormen en behandelwijzen die vaak ondersteunend aan reguliere zorginterventies worden gebruikt. Voorbeelden zijn ‘natuurlijke producten’ als vitaminepreparaten en voedingssupplementen, mind-body benaderingen als muziektherapie (‘Mozart-effect’), meditatie, acupunctuur en yoga, en manipulatieve en lichaamsgerichte technieken als chiropraxie en massage. Complementaire zorg wordt vaak ongestructureerd en geïsoleerd toegepast zonder duidelijk bewijs van een veilige en effectieve inzet. Daarom pleit ZonMw voor een kennisprogramma op het gebied van complementaire zorg.

Bron: ZonMw